vrijdag 21 december 2012

De donkere kamer van Damokles

Over Willem Frederik Hermans:
Willem Frederik Hermans is geboren op 1 september 1921 in Amsterdam. Hij groeide op in een Amsterdams onderwijzersgezin. Hermans en zijn zus hadden geen goede band met elkaar en toen de Duitsers in mei 1940 Nederland binnenvielen, pleegde zij en haar geliefde (haar neef) zelfmoord. Hermans was toen achttien jaar oud en op dat moment was zijn jeugd ten einde. In alle opzichten veranderde zijn leven.

De oorlog en de zelfmoord van zijn zus en neef hadden duidelijk veel invloed op hem gehad, helemaal met zijn baan als schrijver. Je ziet in veel van zijn boeken dat dit thema terugkeert. Verwijzing naar de zelfmoord van zijn zus komen in twee boeken duidelijk voor: In ik heb altijd gelijk (1951) en in Herinneringen van een Engelbewaarder (1970). Ook in de donkere kamer van Damokles wordt verwezen naar zijn zus, het hoofdpersonage heeft namelijk een relatie met zijn nicht.

Hermans zat in Amsterdam op de middelbare school, het Barlaeus Gymnasium. Omdat hij van zijn vader sociale geografie moest studeren, deed hij dat ook. In 1940 begon hij aan de Gemeente Universiteit, maar in 1941 stapte hij over op fysische geografie. Op 9 april 1943 haalde hij zijn kandidaatsexamen.

Hermans werkte na de Tweede Wereldoorlog mee aan het schrijven van literaire tijdschriften. Hij trouwde op 4 juli 1950 met Emmy Meurs, een Surinaamse, met wie hij in 1955 een zoon kreeg. In 1952 werd hij vervolgd wegens een passage in Ik heb altijd gelijk, die beledigend zou zijn voor het rooms-katholieke volksdeel. Er volgde vrijspraak, omdat het om een uitspraak van een romanpersonage ging en niet van Hermans zelf.

Veel mensen vonden dat Hermans te weinig op school kwam en zijn colleges niet goed voorbereidde of bewust niet deed. Na heel veel valse beschuldigingen en verwijten was het voor Hermans teveel geworden en nam hij op 1 september 1973 ontslag.

Hermans ging nu voor zichzelf schrijven en hij werd een fulltime schrijver in Parijs. In het boek: onder professoren, nam Hermans wraak op zijn oude tegenstanders die hem hadden genegeerd. Hij had ook helemaal genoeg met de stad Groningen, omdat hij daar ook op de universiteit had gezeten, en nam wraak in het boek: Uit talloos veel miljoenen (1980) en Ruisend gruis (1994). Nu had hij het voor zijn gevoel afgesloten, en had hij een beter gevoel erover. En hij verhuisde daarna naar Parijs en later nog naar Brussel omdat dat veel goedkoper was.

Hermans schreef het boek de donkere kamer van Damokles in 1958. Fons Rademakers verfilmde het boek. Hermans wilde wel zelf het script schrijven, maar zijn zelf geschreven script was te lang. Hermans ondertekende uiteindelijk een contract en liet Fons het script veranderen. Hij noemde de film “Als 2 druppels water”.

Hermans is in Utrecht op 27 april 1995 overleden aan longkanker Zoals je ook ziet heeft hij tot heel ver in zijn leven boeken geschreven die tot succes hebben geleid.

Belangrijke boeken die Willem Frederik Hermans heeft geschreven:

-Het behouden huis (1951)
-Paranoia (1953)
-De donkere kamer van Damokles (1958)
-Nooit meer slapen (1966)
-Au pair (1922)
-Houten leeuwen en leeuwen van goud (1979)

Foto serie:




Ik heb voor deze foto gekozen omdat het verhaal zich afspeelt in de Tweede Wereldoorlog.



Ik heb voor deze foto gekozen omdat Osewoudt niet in het leger kon omdat hij te klein was, waardoor hij in de sigarenwinkel ging werken.



Ik heb voor deze foto gekozen omdat Osewoudt vaak met de tram moest reizen, om zijn opdrachten uit te voeren.



Ik heb voor deze foto gekozen omdat Osewoudt in de sigarettenwinkel werkte, waar hij over overigens in de oorlog ook foto's ontwikkelde voor Dorbeck.
 
Ik heb voor deze foto gekozen omdat Osewoudt zijn haar zwart moest verven, hierdoor leek hij nog meer op Dorbeck.

 

Ik heb voor deze foto gekozen omdat Osewoudt heel erg leek op Dorbeck, en zeker nadat Osewoudt zijn haar had geverfd.


Ik heb voor deze foto gekozen omdat Osewoudt deze camera had gekocht. En deze aan het einde van het boek van 'de Kerstman' weer terug kreeg.

Verklaring van het motto van de filosoof Ludwig Wittgenstein:

Zijn motto is:

'Ik kan hem zoeken als hij er niet is, maar hem niet ophangen als hij er niet is.
Men zou kunnen willen zeggen: "Dan moet hij er toch ook zijn als ik hem zoek."
-Dan moet hij er ook zijn als ik hem niet vind, en ook als hij helemaal niet bestaat.'

Dit Motto past goed bij het boek, omdat als Osewoudt bijvoorbeeld telefoon krijgt van Dorbeck, en dan hem terug belt is bijvoorbeeld de telefoonlijn afgesloten. Dus als Osewoudt Dorbeck nodig heeft, is hij er niet.


De Titelverklaring:

De donkere kamer van Damokles: Osewoudt ontwikkelde de foto's voor Dorbeck in een donkere kamer. Die hij overigens later soms weer terug kreeg te zien bijvoorbeeld toen hij met een Engelse vrouw moest afspreken.

Mijn lofrede:

Ik begon aan het boek zonder verwachtingen. Ik wist niet goed wat ik moest verwachten, na verhalen van mijn Nederlandse lerares en de lofrede van Claudia de Breij. Ook staat er, zoals er bij de meeste boeken wel staat, geen korte samenvatting op de achterkant van het boek. Ik heb ook expres voor het lezen geen samenvatting op internet opgezocht. En dat maak het ook wel weer leuk om aan een boek te beginnen.

Vaak als je oorlogsverhalen leest of oorlogsfilms kijk, bekijk je het vanuit een onderduiker. En in de ‘Donkere kamer van Damokles’ wordt juist het verhaal van een soort verzetter verteld.

Ik vind dat Hermans met dit boek heeft laten zien dat hij goed is in het schrijven van oorlogsverhalen.
 
Osewoudt is een man die nogal verlangt naar wat te kunnen betekenen voor zijn land in de oorlog, ook omdat hij werd afgewezen voor het leger omdat hij te klein was. Hij doet door de opdrachten die Dorbeck hem geeft uit te voeren, zonder eerst na te denken of hij het werkelijk wilde doen.

Je wordt in het boek soms op het verkeerde been gezet en begrijp soms niet waarom sommige gebeurtenissen plaatsvinden. Je weet bijvoorbeeld niet waarom Osewoudt van alles moet doen voor Dorbeck. En ook weet je niet waarom Osewoudt het doet.

Dat vind ik juist zo leuk aan het boek. Je bekijkt het verhaal van de oorlog weer vanuit een ander oogopzicht. En je vraagt je de hele tijd af bestaat Dorbeck wel echt? Waarom moet Osewoudt allemaal opdracht voor Dorbeck doen? Als Osewoudt Dorbeck nodig heeft, waarom is de telefoonlijn dan afgesloten?

Kortom ik vond het heel leuk om het boek te lezen. (280 woorden)

maandag 12 november 2012

Middeleeuwen 3 in 1

Een penneproef als begin:


1.    - Wat is een penneproef?                                                                                                           
Een pennenproef zijn een aantal woorden die geschreven zijn om de kwaliteit van de ganzenveren pen te testen.

         - In welke periode werd Oudnederlands gesproken?                                                        
          Het is niet mogelijk een exact begin van het Nederlands aan te geven, omdat het deel
          uitmaakt van een familie van talen, die ooit één geheel vormde en zich geleidelijk
          aan opgedeeld heeft. Maar het Oudnederlands werd in onze landstreek gesproken
          rond ca. 800 tot 1150.

  2.  Leg op grond van de tekst Lied van Heer Halewijn uit welke eigenschappen van 
       mondeling overgeleverde literatuur daarin naar voren komen.
       De koningsdochter had over heer Halewijn gehoord. Het verhaal werd over gebracht
       door het Lied van Heer Halewijn. In allerlei landen zijn heel verschillende versies van het
       verhaal bekend. Het laat zien dat oude middeleeuwse traditiers, waarbij verhalen van
       mond tot mond gingen zonder te worden opgeschreven, nog heel lang hebben
       voortgestreefd. Het feit dat de meeste verhalen in gepaard rijm (AA BB CC etc.) waren
       vormgegeven, droeg eraan bij dat ze gemakkelijk in het gehoor lagen en beter onthouden
       konden worden. Zoals:
       Heer Halewyn zong een liedekijn,
       Al die dat hoorde wou bi hem zijn.

      Ook de regelmatige herhaling was daarbij een hulpmiddel. Zoals:
      Zy ging voor hare moeder staen:
     'Och moeder, mag ik naer Halewyn gaen?'

     'Och neen, gy dochter, neen, gy niet:
     Die derwaert gaen, en keeren niet!'

     Zy ging voor hare zuster staen:
    'Och zuster, mag ik naer Halewyn gaen?

Toneel in de Middeleeuwen:

1.   - Wat is geestelijk toneel?
           Het oudste middeleeuwse toneel is geestelijk toneel en sluit nauw aan bij de verhalen
         in de kerk werden verteld. Ererst waren er vooral passie- en paasspelen, waarin het lijden
         en de opstanding van Jezus werd uitgebeeld. Later werden ook het kerstverhaal, het
         leven van Maria en allerlei heiligenlevens op het toneel gebracht.

      - Waarom kon geestelijk toneel grootser worden aangepakt dan wereldlijk toneel?
        De geestelijken hadden in de gaten dat kerkdiensten vaak saai en onbegrijpelijk waren
        voor het gewone volk dat geen Latijn verstond. Als de prachtige verhalen uit de bijbel nu
        eens met spel uitgebeeld zouden worden, zullen ze gedacht hebben, zouden gewone
        mensen daar dan niet veel meer van opsteken?

2. Toneel bestaat eigenlijk alleen maar als het wordt opgevoerd. Daarom geven moderne
    schrijvers vaak uitgebreide regie-aanwijzingen. In middeleeuws toneel ontbreken die bijna
   altijd. Kies een van de toneelfragmenten uit de tekstpagina's Elckerlijc, Lanseloet van
    Denemerken of Mariken van Nieumeghen, en knip en plak de vertaling in onderstaand veld.
   Schrijf vervolgens zelf aanwijzingen bij het fragment. Let daarbij op de ruimte waarin de
   scène zich afspeelt en de kleding van de personages, en geef aanwijzingen voor de manier
   waarop personages zich moeten uitdrukken (boos, hooghartig etc.) en de gebaren die ze
   moeten maken.

Mariken Wie ben je, vriend? (Een beetje verbaasd kijken, vragend)

De duivel Professor in de wetenschappen.
Alles lukt me, wat ik ook probeer. (Zelfverzekerd)


Mariken Het maakt me niet uit met wie ik verkeer,
met de verdorvene of de volmaakte. (Nonchalant)


De duivel Als je mij tot de jouwe maakte,
ik zou je de zeven vakken leren
tot in de puntjes: retoriek, musiceren,
logica, grammatica en geometrie,
rekenkunde en alchemie,
wetenschappen die men altijd eerde.
Geen aardse vrouw was ooit zo'n geleerde
als jij zult worden. (overtuigend)


Mariken Je bent dus een kundig man.
Maar wie ben je dan? (vragend)


De duivel Dat gaat je niks an.
De waarheid weten, dat hoef je niet.
Ik ben het zachtmoedigste boefje niet,
maar voor jou ben ik goed, jou heb ik hoog. (Een beetje boos)


Mariken Hoe heet je, vriend? (Vragend, en doe een stap in zijn richting)

De duivel Moenen met het ene oog,
Ik heb vrienden in alle hoeken en gaten. (Kijk er een beetje gemeen bij)


Mariken De duivel ben je, uit de hel losgelaten. (Zeg het bang maar toch zelfverzekerd)

De duivel Jou heb ik hoog. Jouw beschermer ben ik. (Probeer dit lief te zeggen zodat hij je vertrouwt)

Mariken Ik heb voor jou geen angst, vrees of schrik;
al kwam Lucifer zelf uit het helse geweld,
dan nog vreesde ik niet. Zo is 't met me gesteld.
Alle angst is me ontnomen. (Machtig en zelfverzekerd)


Boekdrukkunst:

1.  - Waarin verschilt een blokboek van de boekdrukkunst?
       In blokboeken werd een volledige pagina uit één blok hout gesneden, maar dit kostte
       veel tijd en het kon na het drukken van dat ene boek worden weggegooid. Maar Gutenberg
       ontdekte hoe je uit losse loden letters een tekst kon zetten. Als je eenmaal de letters had,
       kon je snel een nieuwe pagina maken, en na het drukken kon je dezelffde letters opnieuw
       gebruiken. Boekdrukkunst was dus veel efficiënter dan een blokboek.

     - Wat was het eerste gedrukte Nederlandstalige boek?
       Op 10 januari 1477 verscheen het eerste boek, de Delftse Bijbel van Jacob Jacobszoon
       van der Meer en Mauricius Yemantszoon.
 
2.  Gedrukte boeken hebben vaak een titelpagina die er mooi uitziet (zie bijvoorbeeld de
      voorpagina van het Antwerps Liedboek op de literatuurgeschiedenispagina 'Zingen in de
      Middeleeuwen’) terwijl bij handschriften de tekst meestal plompverloren begint. Wat is de
     functie van zo’n titelpagina en waarom hebben drukkers deze ‘uitgevonden’?
     Om het onderwerp van het boek in te leiden. Als deze pagina er mooi uitzag, trok het
     mensen aan.

vrijdag 12 oktober 2012

Ridderliteratuur, Karelromans en Arthurromans

Ridderliteratuur:
Ridderliteratuur was een bron van vermaak: aan de middeleewse hoven genoot men van lange en spannende verhalen over moed, trouw, liefde en edelen/ridders.
Maar ze had ook een voorbeeldfuntie: de lotgevallen van de romanfiguren dienden tot voorbeeld van de edelen die naar zulke verhalen luisterden.

De meeste ridderromans spelen zich af aan en rond het hof van Karel de Grote of van koning Artur. Maar ook over helden uit een verder verleden werden ridderromans geschreven. In de ogen van de middeleewers stonden grote helden uit het verleden op gelijke hoogte met de vooraanstaande ridders uit de eigen tijd.

In Arturromans wordt de vrouw meer in haar waarde gelaten dan in de Karelromans. Daarnaast speelt de hoofse minne een voorname rol, zijn list en sluwheid belangrijker dan brute kracht en moed en treden er vaak sprookjesachtige elementen op. De ridders vechten op een waardige manier met elkaar en Artur speelt de hoofdrol. In de Karelromans gaat het meer over trouw aan de leenheer en trouw aan god en vrouwen hadden veel minder de hoofdrol. Karel de Grote speelde de rol in de Karelromans.

Karelromans:
Karel de Grote krijgt aan de vooravond van een hofdag (dit was in de middeleeuwen een jaarlijkse bijeenkomst waarbij de boeren de verschuldigde pacht afdroegen) van een engel de opdracht om uit stelen te gaan.
Dit vind ik een beetje raar, want in de meeste verhalen beschrijven ze engelen als heilig. En een heilig engel zou nooit iemand de opdracht geven om te gaan stelen. En engelen bestaan niet, maar in verhalen kan natuurlijk vanalles.

Karel en de Elegast hoort bij Karelromans omdat Karel vecht met de zwarte ridder, omdat hij de zwarte ridder verslagen en verbannen heeft wil hij niet toegeven dat hij eigenlijks op pas is om te gaan stelen, er is een echtelijke ruzie tussen Karel en zijn zwager, waarbij duidelijk wordt dat zijn zwager samen met een aantal handlangers van plan is op de hofdag van Karel van het leven te beroven.
Voorbeelden van Karelromans zijn: Renout van Montalbaen, Lorreinen en Sebilla te interesseren.

Roelant is één van de ridders in Roelantslied hij is de neef van Karel de Grote. Hij is de 'trouwe' ridder. En Olivier, Roelants best vriend. Hij is de 'ontrouwe' ridder.
Roelantslied is een Karelroman omdat Karel de Grote er in voor kwam en de vrouw een onderschikte rol speelt en wordt soms ruw behandeld.



















Ik vind deze Fokke en Sukke best grappig, maar hij is wel een beetje flauw. Omdat als er gevochten werd kwamen er zeker bloedvlekken op hun maliënkolder. Omdat ze in die tijd nog geen wasmachines hadden moesten ze alles met de hand schoonmaken. Een maliënkolder is een harnas van ijzer, die je beschermt bij een gevecht. Je kreeg als je bloed opdroogde kreeg je het er niet meer vanaf. Maar in die tijd maakten ze die harnassen niet schoon.

Arturromans:
Ferguut is een boerenzoon, zijn vader is een ridder. Hij is zo onder de indruk dat hij ook besluit om ridder te worden. In een roestige wapenrusting meldt hij zich bij het hof van Artur waar hij tot ridder wordt geslagen.
De ‘uitvinder’ van de Arturroman Ferguut is Chrétien de Troyes.

Om een ridder te worden moest je een man zijn en uit een adellijke familie komen. Als je niet afkomstig was uit een adellijke familie dan kon je ridder worden door een andere ridder uit te dagen en te verslaan. Zo werd Ferguut ook ridder. Hij daagde de ridders van Artur uit en versloeg niet alleen hun maar ook de Zwarte Ridder.

De verhalen over Artur zijn ook vaak verfilmd voorbeelden hiervan zijn:
- Koning Artur
- Knights of Round Table
- Camelot
- First Knight.

De vier ridders die een hoofdrol in Arturromans zijn:
- Lancelot
- Walewein
- Gelaad
- Genievre.

Sommige mensen denken dat de heilige graal Maria is, maar andere denken dat het een kelk is omdat \/ vorm of een vagina van een vrouw is maar een kelk heeft ook deze vorm. In de verhalen komen belangrijke voorwerpen voor, de heilige graal van één van deze voorwerpen.

De kenmerken voor hoofsheid is een hoge waardering van de vrouw, moedig, sterk en een slimme ridder.

Ferguut is geen hoofse ridder. Hij begrijpt niet wat een hoofse ridder zijn inhoudt. Ook weet hij niet wat hoofse liefde is omdat hij Galiene afwijst en liever gaat vechten. Het was ongepast als ridder een dame een dienst te weigeren.

Als ik een hoofse ridder zou zijn, dan zou ik mijn gedrag een beetje aanpassen. Ik zou alle meisje met respect behandelen. Voor iedereen, die bijvoorbeeld gepest wordt of slecht behandeld wordt, opkomen. Ook zou ik iedereen helpen die hulp nodig heeft, maakt niet uit met wat.

Ik vind het fragment
"Hebban olla vogala nestas hagunnan hi(c) (a)nda thu uuat unbidan uue nu?"
 (vertaling: "Alle vogels zijn al aan het nesten, bijhalve jij en ik. Waar wachten we nog op?
 Hebban olla uogala nestas hagunnan hinase hi(c) (a)nda thu uuat unbidan uue nu?)
een mooi fragment omdat het achter in een Bijbel stond, en omdat een monnink, die niet mocht trouwen of een relatie hebben toch zoiets romantisch kan schrijven.

zaterdag 29 september 2012

Stuk - Judith Visser

Informatie over Judith Visser:
http://judithvisser.nl/over-judith/

Samenvatting van Stuk:
http://judithvisser.nl/boeken/stuk/

Recensie van Stuk:
http://www.telegraaf.nl/vrouw/actueel/12457780/__Helemaal_stuk__.html

Of:

http://www.vrouwenthrillers.nl/index.php?page=reactieopisbn&isbn=9789022550878


Samenvatting van het plot:
Stuk gaat over een Elizabeth, ze gaat eindelijk naar de middelbare school. Maar dan gaat alles mis. Ze krijgt te horen dat haar vader bij haar moeder weggaat en in de zomervakantie overlijdt haar oma. Haar moeder besluit om naar Rotterdam te verhuizen.

Elizabeth gaat in Rotterdam naar school. Ze wordt daar heel erg gepest door Sabina, Jeremy en Sebastiaan, omdat ze dikker is dan andere meisjes. Ze wachten haar na schooltijd op zodat ze haar kunnen pakken als iedereen weg is.

De enige reden waarom Elizabeth het nog een beetje leuk vindt op school, is omdat Alec, een jongen die ze leuk vindt, bij haar in de klas zit. Hij heeft een vriendin, Riley. Elizabeth probeert net als haar te worden. Ze besluit af te vallen, dit loopt zo uit de hand dat ze anorexia krijgt en ook elke avond de Pro Ana site bezoekt.

Als Elizabeth bij het bushokje aankomt, treft ze een verdrietige Riley. Riley smeekt haar of ze met Elizabeth mee naar huis mag gaan, want ze wil nu niet alleen zijn. Haar ouders zijn namelijk op vakantie dus is ze is alleen thuis. Elizabeth twijfelt even maar neemt haar mee naar haar huis. Daar vertelt Riley dat ze ruzie heeft met Alec. Elizabeth ziet haar kans om Alec voor zich te winnen. Maar hiervoor moet Riley 's avonds niet weer naar Alec gaan om haar excuses aan te bieden. Daarom besluit Elizabeth om een paar zakjes slaappoeder van haar moeder in Riley der drinken te stoppen. En dit werkt, Riley wordt onwel en valt in diepe slaap. Elizabeth bindt haar vast aan haar bureaustoel en brengt haar naar haar kelder.

Als de ouders van Riley haar na een paar dagen niet kunnen bereiken, besluiten ze direct naar huis te komen omdat ze weten dat er iets mis is. Ze schakelen meteen de politie in. Die start een onderzoek en verhoort iedereen uit Riley haar klas, dus ook Elizabeth. Elizabeth weet goed door het gesprek heen te komen.

Elizabeth houdt Riley nu al een week in haar kelder en ze wil haar naar een leegstaande kelder brengen. Dus ze belt een slotenmaker op en laat op de kelder een nieuw slot zetten.

Elizabeth komt erachter dat Alec al seks heeft gehad met Riley. Ze vindt dat ze ook wat ervaring moet opdoen. Ze belt een pizzakoerier en ze weet deze te verleiden. Ze hebben seks. Vlak voordat de pizzakoerier weer weggaat geeft hij haar zijn nummer en zegt haar dat ze zijn broer en zijn vrienden in Amsterdam maar eens moet ontmoeten en bij hun komen wonen samen met andere meisjes.

De laatste schooldag voor de zomervakantie heeft Elizabeth besloten dat ze na school naar Amsterdam gaat, schrijft haar moeder een brief over alles wat er is gebeurt. Die dag zou er ook eindelijk een einde komen aan het getreiter van Sabina. Elizabeth lokt Sabina naar het toilet bij de gymzaal. Ze heeft zich in een toilethokje opgesloten voor haar. Sabina schreeuwt dat ze eruit moet komen. Elizabeth haalt voorzichtig een keukenmes uit haar rugzak en opent de deur. Vervolgens steekt ze Sabina een paar keer met het mes in haar nek. Sabina stort in en het bloed verspreidt zich over de grond. Elizabeth gaat hierna meteen naar huis om haar spullen te pakken en Riley nog één keer te verzorgen.

Als Elizabeth aankomt in de kelder is hij leeg. Ze voelt opeens een hand op haar schouder. Er staan twee politieagenten achter haar. Ze wordt naar boven gebracht daar ziet ze haar moeder helemaal overstuur staan. Buiten staat ook een ambulance met Riley erin. Alec staat bij haar. Elizabeth heeft zich voorgenomen dat als alle politieagenten rustig zijn ze hun zal vertellen dat het allemaal een misverstand is en dat ze de verkeerde te pakken hebben. Zij is namelijk Riley.

De thema's:
De thema's van het boek zijn pesten, anorexia en gijzeling. Elizabeth wordt heel erg gepest door Sabina, Jeremy en Sebastiaan. Hierdoor krijgt ze anorexia omdat ze in ziet dat ze te dik is en op Riley wilt lijken. Elizabeth gijzelt Riley zodat ze Alec voor zich kan winnen.

De hoofdpersonen:
Elizabeth is in het begin een heel zielig en gevoelig meisje, maar aan het einde van het boek blijkt dat ze door de pesterijen helemaal gek is.

Alec is een hele aardige jongen. En maakt zich hele erge zorgen om Riley.

Riley is een heel mooi meisje die zich van geen kwaad bewust is.

Sabina, Jeremy en Sebastiaan zijn heel gemeen ze pesten een heleboel mensen .

Mijn mening van het plot, de thema's en de hoofdpersonen:
Ik vond Stuk een heel leuk boek. Toen we op kregen dat we een Nederlandse Literaire Thriller, dacht ik dat ik het niet leuk zou vinden om een thriller te lezen. Normaal houd ik namelijk meer van Romans. Maar tijdens het lezen begon ik het boek steeds leuker en spannender te vinden. Ik denk dat ik voortaan meer Literaire Thrillers ga lezen.

Ik vind het leuk dat de thema's in elkaar over lopen. Elizabeth wordt heel erg gepest, daardoor gijzelt ze Riley en krijgt ze anorexia omdat ze op Riley wilt lijken.

In het begin vond ik Elizabeth een heel zielig meisje omdat ze zo erg gepest werd. Maar later veranderde mijn mening omdat ze helemaal doordraaide in het afvallen en in het lijken op Riley.
Sabina, Jeremy en Sebastiaan vind ik heel gemeen, omdat ze veel kinderen pesten en ze ook echt vernederen.

Filmpje:
Ik heb dit filmpje gekozen omdat het over pesten gaat. En in het boek gaat het voornamelijk over pesten.